Een gepasseerd station…

door Hennie Bouwhuis

Veel weggebruikers rijden het dorp Haarle binnen via de Stationsweg en zullen zich nauwelijks afvragen waar een station in het dorp is of was. De plek moet je wat noordelijk van het dorp zoeken, want daar ligt de spoorlijn Zwolle – Almelo. Die lijn werd geopend op 1 januari 1881, ruim veertig jaar nadat op de lijn Amsterdam – Haarlem op 20 september 1939 de eerste trein in Nederland reed.

Voor de aanleg van het traject Zwolle – Almelo moest veel grond worden verworven. In een onteigeningsacte staat vermeld dat  A.Brandwacht te Haarle een bedrag van F 795.73 zal ontvangen tegen overgifte van het mandaat  aan den betaalmeester te Zwolle. Het mandaat zal door den burgemeester worden uitgereikt.

De benaming  ‘station’ was  voor Haarle wel erg hoog gegrepen: in feite was het een halte waar je op verzoek kon in-en uitstappen.

In haar boek ‘De Sprengenberg en zijn omgeving’ (1967) geeft T.G. de Kempenaer – van Wullften Palthe een aardige beschrijving  van de ‘halte Haarle’:

De halte Haarle bestond vroeger alleen uit een lange bank, waar de trein op verzoek stopte. Naderhand kwam er een laadstation bij. De bouw van de Sprengenberg (1898-1910) vereischte veel materiaal, dat per goederenwagen aangevoerd werd, eveneens kunstmest voor de boschbouw en steenkolen en cokes voor de verwarming. Naderhand werd hout uit de bosschen vervoerd, dus de halte Haarle kreeg het druk. Er kwam zelfs een hokje voor de chef en een klein wachtkamertje bij. De groote bank werd toen door vader gekocht en kreeg een plaats in de ‘Diepe hel’, waar veel gebruik van gemaakt is als we die mooie plek bezochten. Het mag duidelijk zijn dat de halte voor de ontwikkeling van de Sprengenberg van groot belang is geweest.

Kort na de opening van de spoorlijn werd bij de kruising met de rijksweg het stationskoffiehuis geopend. Het bleef in de loop der jaren een plek waar reizigers een stop konden maken bij Kökkies Da of  Ni Hao. Op de foto de weg richting het station; tussen de twee huizen door kruist de weg de Almeloseweg.

station1

 

Ontwikkelingen bij de halte

De halteplaats krijgt wat meer allure als in 1902 een kleine halte wordt gebouwd.

station2

 

Station Haarle was nog niet voltooid, want in 1903 werd wachthuisje 19 verplaatst van Bedum (Groningen) naar Haarle. Ik heb er geen voorstelling bij  hoe zo’n verhuizing in 1903 plaats kon vinden.

Na de komst van wachthuisje 19 volgden nog de bouw van de woning voor de haltechef (1907) en de bouw van een goederenbergplaats in 1911. In dat jaar wordt de bovengenoemde lange bank verkocht aan  Van Wullften Palthe.

station3

 

Bij onderstaande foto  is links een stukje van het stationsgebouw te zien. De  enkele foto die er is van het hoofdgebouw is van te slechte kwaliteit om af te drukken. Onderstaande foto geeft  een aardig sfeerbeeld uit ongeveer 1920.

station4

Op de foto zien we o.a. Willem Fikken (geheel rechts), daarnaast bij het paard Jans Fikken. Zittend op de wagen Hein Fikken (Luttenberg)

station5

Nabij stationskoffiehuis :Een vracht graan is op weg naar de molen (1920)

station6

 

 

 

Haltechefs

 

Er zijn meerdere haltechefs actief geweest in Haarle.

J.Ras, spoorwegbeambte in Heino,  trouwt in 1898 met Aleida van Velzen uit Heino. Het paar vertrekt in 1901 naar Haarle, waar J.Ras  haltechef wordt. Hun dochter wordt in dat jaar getroffen door een schot met een revolver; ze overleeft het incident. De familie Ras vertrok in 1905.

De familie Verplak woonde van 1905 – 1915 aan het spoor. Op schoolfoto’s  uit 1908 staan Johan Verplak en Marie Verplak, kinderen van de stationschef Haarle. In maart 2015 overlijdt stationschef N.Verplak. Zijn dochter Agnes trouwt met Hendrikus Wennemers. Diens  broer is getrouwd met Antoneta Claaassen, dochter van de eerste stationschef van Nijverdal.

Andere chefs zijn o.a. geweest:

  • van Leeuwen ( 1915 – 1919)
  • van Rheenen (1919 – 1923)
  • Verhoef ( 1923 – 1924)
  • v.d. Berg (1924 – 1932)

 

De baanwachter woonde bij  de wachtpost aan het spoor. Alle huisjes waren rond 1880 naar een ontwerp van de Staatsspoorwegen gebouwd.

Als een trein in aankomst was, moest de baanwachter de overwegbomen openen en sluiten.

Dat was overigens niet heel vaak het geval.

In de zomerdienstregeling van 1891 staat dat driemaal per dag een trein richting Nijverdal – Almelo vertrok en ook driemaal richting Raalte – Zwolle.

In 1911 konden reizigers vijfmaal richting Twente en driemaal richting Zwolle reizen.

De frequentie bleef toenemen, want in 1929 kon je achtmaal richting Raalte opstappen en zesmaal richting Nijverdal.

Behalve de dienstregeling is het ook interessant te kijken naar de prijzen van de treinkaartjes.

Op de prijzenlijst van 1 april 1933 staat station/halte Haarle nog steeds genoemd.

Bijzonder is ook de vermelding dat reizigers de reis niet mogen afbreken!

station7

 

 

Opheffing van het station

 

In 1936 komen de geruchten op gang dat Halte Haarle opgeheven zal worden.

In het Twents Volksblad verschijnt op 11-12-1937 het volgende bericht:

‘Naar we vernomen hebben zullen met ingang van de zomerdienstregeling der Ned. Spoorwegen op 15 mei 1938 de treinen van de lijn Zwolle – Almelo hier niet meer stoppen. De bewoners van onze buurtschap zullen dus, willen ze van den trein in de richting Zwolle of Almelo gebruik maken, zich eerst per autobus naar Nijverdal moeten begeven.’

 

De crisisjaren mondden uit in de Tweede Wereldoorlog, de familie Verhesen woonde destijds in de dienstwoning bij de spoorwegovergang. Piet Verhesen schreef in 2014 vanuit Canada  naar een kennis in  Haarle over de periode dat zijn vader haltechef was:

De taken van het twee man sterke personeel (de een had vroege dienst, de ander late) bestonden uit het bedienen van de signalen die handmatig op veilig en onveilig werden gesteld. Natuurlijk moesten de wissels worden ingesteld om de goederenwagons op het zijspoor te zetten voor het laden van mijn hout en stronken. Ook werden steenkolen uitgeladen. Ik hoor nog het getik van de telegrafische verbinding met Nijverdal en Raalte. Van personenvervoer en bijvoorbeeld het kaartjes verkopen, herinner ik me niets. Ook niet van nachtelijk treinverkeer.

Toen koningin Wilhelmina de spoorwegstaking afkondigde op 17 september 1944, vertrok het gezin  Verhesen uit de woning en dook onder op verschillende adressen in en rond Haarle. Toen zoon Piet op 10 april 1945 vanuit Hellendoorn naar het huis aan de spoorlijn wilde gaan, lagen bij de woning twee Duitse soldaten dood in de struiken.  Hij hielp een Canadese aalmoezenier met het wegdragen van de gesneuvelden naar een ondiep, tijdelijk  graf. Na de bevrijding namen Canadese officieren hun intrek in de voorkamer van het  woonhuis. Tenten, jeeps en trucks waren gestationeerd op de laad- en losplaats aan het spoor.

 

Ondanks pogingen van de burgemeester die probeerde Haarle uit het verkeersisolement te verlossen, verschijnt op 24-10-1947 het bericht in Twents Volksblad dat eenmaal gesloten haltes en stations niet heropend zullen worden. Dat betekende definitief het einde van reizigersvervoer vanuit bijv. Laag – Zuthem en Haarle.

station8

 

 

De dienstwoning direct aan de spoorwegovergang bleef nog wel bewoond; zo woonde er de familie Cents met negen personen  in van 1953 – 1965 waarna het huis werd afgebroken.

Jan Cents (1949) weet zich die periode nog goed te herinneren: er was toen geen halte meer voor het in- en uitstappen van reizigers. Spoorbomen waren al vervangen door knipperlichten. Er waren aanvankelijk nog wel activiteiten bij het goederenperron. Goederentreinen bleven er stoppen tot ongeveer 1955, vooral om de molenaars in de buurt te bedienen van grondstoffen.

Johan Boksebeld schrijft in het boek ‘Sprekend Haarle’ over de C .A.V.V.: “In 1948 werd de eerste vrachtwagen aangeschaft, een omgebouwde Dodge Beep uit het Amerikaanse leger. Deze auto werd ingezet bij de aanvoer van grondstoffen, meststoffen, brandstoffen enzovoort, die met wagons van de Nederlandse Spoorwegen werden aangevoerd naar de losplaats aan de Stationsweg in Haarle”.

station9

 

 

 

Het gebouw met daarop  ‘19’ bleef nog heel wat jaren langer nabij het voormalige station staan. Jan Cents weet zich te herinneren dat  de familie Kronenberg er woonde en vooral de naam van Dieks Scholten en zijn vrouw  Derkje Scholten – Beldman is hij nog niet vergeten. Zij bleven er tot ongeveer 1980 wonen toen het woonhuis  afgebroken werd waarmee een definitief einde kwam aan een stukje Haarler geschiedenis.

 

 

Toen in 1997 door NS  tunnels onder de spoorlijnen nabij Haarle werden aangekondigd, pleitte Ida Wolfs – Kemper voor een nieuw station bij Haarle en een lightrail-trein tussen Almelo en Zwolle.

Dat is een soort luxe bus in de vorm van een treinstel. Het gemeenteraadslid van Gemeentebelangen verwees daarbij naar een prototype dat in Friesland en de Achterhoek liep. NS-vertegenwoordiger Van Dijk kenschetste het fenomeen ‘lightrailtrain’ als een modeverschijnsel. Het is er ook niet gekomen.

 

Vanaf  1998 rijden twee keer per uur treinen langs Haarle richting Raalte en Nijverdal; met ingang van de nieuwe dienstregeling op 10 december 2017 laat de nieuwe beheerder Synthus  elektrische treinen rijden over het traject, maar Station Haarle is een gepasseerd station…..

 

Bronnen:

 

  • Sprekend Haarle; het leven in Haarle tussen 1945 en 2010 (uitgave van Stichting Marke Haarle, 2010)
  • De Sprengenberg en zijn omgeving (1967) door T.G. de Kempenaer – van Wulfften Palthe
  • Archief Stichting Marke Haarle
  • Archief Spoorwegmuseum Utrecht met aansluitend speurwerk door Els v.d. Meer – Bosman
  • Gesprekken met Jan Cents